Op de locatie ondergaat de structuur een transformatie ingegeven door de functie van het nieuwe woonzorggebouw voor mensen met dementie. De totale bouwmassa ontstaat in eerste instantie door de verdraaiing van één van de bouwvolumen. Deze komt parallel aan de rondweg te liggen. Door de verdraaiing grijpen de twee volumen aan de westgevel in elkaar en vormen het entreegebied. Aan de oostzijde ontstaat een binnengebied wat als gemeenschappelijke binnentuin functioneert in aansluiting op de voortuinen van de omliggende grondgebonden woningen.
De 24 woningen zijn verdeeld in vier woongroepen van zes woningen verdeeld over twee lobben in twee bouwlagen. Iedere woning heeft intern een eigen voorgevel gelegen aan brede ontsluitingen en gemeenschappelijke buurtkamers. Iedere woning heeft een eigen buitenruimte met verhoogde balustraden zodat de bewoners zelfstandig de buitenruimten kunnen gebruiken. De gevels verbeelden een versmelting tussen de buiten en binnenwereld. Het meanderende metselwerk omkleedt gedeeltelijk de privé-buitenruimten waardoor deze delen het ruimtelijk effect tussen buiten en binnen versterken.
Met het gebouw de ‘WolleWei’ zijn plekken in en om het gebouw gemaakt waar bewoners veilig verblijven en de mogelijkheid hebben het contact met de omgeving aan te gaan. Het gebouw vormt een ruimtelijk ornament op een scharnierpunt die het gebied met de wijk verbindt.